Hoe plant je wietzaden?

Het kweken van wiet begint met een belangrijk proces: het planten van wietzaden. Of je nu een ervaren kweker bent of voor het eerst een poging waagt, een goede start met de juiste techniek bij het planten van je zaden kan een groot verschil maken in de kwaliteit en kwantiteit van de uiteindelijke oogst. In dit artikel geven we je een eenvoudige handleiding voor het succesvol planten van wietzaden, van de kiemfase tot het overplaatsen in de grond.

Stap 1: Het juiste zaad kiezen

Voordat je begint, is het belangrijk om te weten welk soort wietzaad het beste past bij jouw voorkeur en omgeving. Er zijn drie hoofdtypes:

1. Reguliere zaden: deze zaden kunnen zowel mannelijke als vrouwelijke planten voortbrengen, wat belangrijk is om te weten als je je eigen zaden wilt kweken.
2. Feminized zaden: deze zaden produceren uitsluitend vrouwelijke planten, wat handig is als je vooral gefocust bent op de oogst, aangezien alleen vrouwelijke planten toppen produceren.
3. Autoflower zaden: autoflower (of ‘autoflowering’) zaden bloeien automatisch na een bepaalde periode, ongeacht de lichtcyclus. Deze zijn handig voor beginners vanwege hun eenvoud in onderhoud.
   Zodra je weet welk zaad je wilt planten, kun je verder met de voorbereidingen.

Stap 2: Kiemen van de zaden

Het ontkiemen van wietzaden is een belangrijk proces dat de kans op een succesvolle plantcyclus vergroot. Er zijn verschillende methoden om je wietzaadjes te laten kiemen, maar een veelgebruikte en simpele methode is de “keukenpapier” methode:

1. Neem een stuk keukenpapier en maak het vochtig, maar niet te nat.
2. Leg de zaden op het vochtige keukenpapier en dek ze af met een ander vochtig stukje keukenpapier.
3. Plaats het geheel in een afgesloten plastic zakje of in een afgesloten bakje, zodat het vocht behouden blijft.
4. Zet het zakje of bakje op een warme, donkere plek. De temperatuur moet idealiter rond de 20-25°C zijn.
5. Na 1 tot 3 dagen zullen de zaden openbarsten en zal er een klein worteltje zichtbaar worden. Op dit punt zijn de zaden klaar om in de grond te worden geplant.

Stap 3: De juiste bodem voorbereiden

Een goede bodem is essentieel voor gezonde planten. Wietplanten groeien goed in een luchtige, goed gedraineerde grond die rijk is aan voedingsstoffen. Je kunt speciale wietgrond gebruiken die verkrijgbaar is in tuinwinkels, of zelf een mengsel maken van potgrond, perliet en vermiculiet om een optimale luchtcirculatie en waterretentie te bevorderen.

Zorg ervoor dat de bodem vochtig is, maar niet drijfnat, voordat je de zaden plant. Te veel water kan ervoor zorgen dat de wortels niet goed ontwikkelen en zelfs gaan rotten.

Stap 4: Het planten van de gekiemde zaden

Nu de zaden zijn gekiemd en de bodem is voorbereid, is het tijd om de zaden te planten:

1. Maak in de grond een klein gaatje van ongeveer 0,5 tot 1 cm diep.
2. Plaats het zaadje voorzichtig in het gaatje met het worteltje naar beneden. Het kiempje moet altijd omlaag wijzen, omdat dit uiteindelijk de richting van de wortelgroei bepaalt.
3. Bedek het zaadje voorzichtig met een dun laagje aarde.
4. Geef de zaailing voorzichtig water, zodat de grond vochtig blijft zonder de zaailing te verstikken. Een plantenspuit is handig om het water gelijkmatig te verspreiden.

Stap 5: Het creëren van de ideale omstandigheden

Na het planten van de zaden is het belangrijk om een omgeving te creëren waarin ze goed kunnen groeien. De eerste dagen na het planten zijn cruciaal voor het ontwikkelen van de wortels en de opkomst van het eerste blad.

1. Licht: zodra de zaadjes uitkomen, hebben ze veel licht nodig om zich te ontwikkelen. Zet de potten bij een zonnig raam of onder groeilampen als je binnenshuis kweekt. Als je buiten kweekt, zet je potten dan op een plek met voldoende direct zonlicht.
2. Temperatuur en vochtigheid: houd de omgevingstemperatuur rond de 20-25°C en zorg voor een luchtvochtigheid van ongeveer 60-70% in deze fase. Bij binnenteelt kun je een vochtigheidskoepel of een plastic zak over de potjes zetten om de luchtvochtigheid te verhogen.
3. Water: wees voorzichtig met water geven. Te veel water kan de jonge wortels beschadigen, terwijl te weinig water uitdroging kan veroorzaken. Zorg dat de grond vochtig, maar niet doorweekt is.

Stap 6: De zaailingen verzorgen

Na enkele dagen tot een week zullen de eerste blaadjes zichtbaar worden. Dit is het moment waarop de zaailingen licht en water hard nodig hebben om te kunnen groeien. In deze fase worden de wortels sterker en ontwikkelen de bladeren zich snel.

Enkele tips voor de verzorging van zaailingen:

1. Verlichting: zorg voor ongeveer 18 uur licht per dag, met een rustperiode van 6 uur. Groeilampen kunnen hierbij helpen om een stabiele lichtbron te bieden.
2. Temperatuur en ventilatie: blijf een stabiele temperatuur en luchtvochtigheid aanhouden, maar zorg ook voor voldoende ventilatie. Dit helpt om schimmelgroei te voorkomen en stimuleert de zaailingen om sterker te worden.
3. Luchtcirculatie: gebruik indien mogelijk een ventilator om de lucht rondom de planten te laten bewegen. Dit simuleert buitenomstandigheden en helpt de plant om sterker te worden.

Stap 7: Het verpotten van de zaailingen

Na 2 tot 3 weken hebben de zaailingen doorgaans genoeg wortels en bladeren ontwikkeld om verpot te worden. Dit houdt in dat ze worden overgezet naar een grotere pot waarin ze verder kunnen groeien.

1. Vul de nieuwe pot met voorbereide potgrond en maak een gat in het midden.
2. Haal de zaailing voorzichtig uit de kleine pot. Probeer de wortels niet te beschadigen.
3. Plaats de zaailing in het gat van de nieuwe pot en vul de grond aan.
4. Geef water om de wortels te laten settelen.

Stap 8: De groei- en bloeifase

Na het verpotten begint de groei- of vegetatieve fase. Dit is de periode waarin de plant groter wordt en een sterke structuur opbouwt om later in de bloeifase zware toppen te kunnen dragen. Zorg in deze fase voor voldoende licht (18 uur per dag) en een stabiele toevoer van voedingsstoffen.

Wanneer de plant groot genoeg is, schakelt ze over naar de bloeifase. Bij autoflower-zaden gebeurt dit vanzelf, terwijl je bij andere soorten de lichtcyclus moet aanpassen naar 12 uur licht en 12 uur donker om de bloei te stimuleren. Tijdens de bloei heeft de plant wat minder stikstof nodig, maar juist meer fosfor en kalium om sterke bloemen te ontwikkelen.

In het kort

Het planten van wietzaden is een eenvoudig proces, maar het vraagt om zorg en aandacht in elke fase. Door de juiste stappen te volgen — van het kiemen van de zaden tot het overplanten en verzorgen van de zaailingen — kun je een gezonde basis leggen voor een succesvolle oogst. Of je nu binnen of buiten kweekt, het belangrijkste is dat je zorgt voor een stabiele omgeving, voldoende licht en een goede balans van water en voedingsstoffen.

Met deze handleiding ben je goed op weg om zelf wietplanten te kweken. Veel succes, en geniet van het proces!